Titel:
|
Historische analyse kosten & opbrengsten Nederlandse energievoorziening. Vergelijking met EU-lidstaten
|
|
Auteur(s):
|
|
|
Gepubliceerd door:
|
Publicatie datum:
|
ECN
Beleidsstudies
|
22-12-2006
|
|
ECN publicatienummer:
|
Publicatie type:
|
ECN-E--06-011
|
ECN rapport
|
|
Aantal pagina's:
|
Volledige tekst:
|
39
|
Download PDF
(398kB)
|
Samenvatting:
Deze studie bevat een analyse voor de afgelopen jaren van energiekosten, energieopbrengsten en het belang van de energiesector voor de Nederlandse economie. Er blijken veel gegevens beschikbaar te zijn maar vaak niet volledig en er ontbreken op detailniveau data. Het blijkt nog wel een probleem om een consistent beeld te vormen van de uitgaven door rijksoverheid op het gebied van energiebesparing en duurzame energie. Veel van deze uitgaven zijn over meerdere departementen verspreid of uitbesteed aan derden. Een eenduidig overzicht is dan ook niet beschikbaar. Op basis van de analyse komt het volgende beeld naar voren.
Het aandeel van de energiesectoren in het Bruto Binnenlands Product van Nederland is van 1990 tot 2005 met een aandeel van 6% redelijk constant geweest. Rond 1985 is dit aandeel enige tijd meer dan 10% geweest. De grootste bijdrage komt hierbij voor rekening voor de delfstoffenwinning (aardgas). Het blijkt dat de groei van de verschillende energiesectoren lang niet altijd de nationale groei volgt. De invloed van de olie- en gasprijzen is meer bepalend.
Bij de huishoudens blijkt het aandeel van energie in het consumentenmandje in de loop van de tijd te zijn toegenomen. Dit is goed te verklaren aan de hand van de gestegen elektriciteits- en gasprijzen en de toegenomen heffingen. In vergelijking met de buurlanden heeft de Nederlandse consument relatief hoge elektriciteits- en gasprijzen. Dit is zelfs het geval als de BTW en heffingen niet worden meegerekend.
Ook bij de bedrijven kan een toenemend aandeel van de energiekosten in de totale kosten geconstateerd worden. Ook dit is goed te verklaren aan de hand van de stijgende elektriciteits- en gasprijzen. In tegenstelling tot de gasprijs voor huishoudens is de gasprijs voor bedrijven in vergelijking met onze buurlanden laag. De elektriciteitsprijs behoort daarentegen tot een van de hoogsten in Noordwest Europa.
Een aanzienlijk deel van de inkomsten voor de rijksoverheid komt uit energie (7,6%). In 2005 komt dit, door de sterk gestegen aardgasbaten, uit op € 19 miljard (in 2002 was dit € 12 miljard). In 2004 waren deze aardgasbaten € 4,3 miljard en ze stegen in 2005 naar € 9,7 miljard. Daartegenover staan ook uitgaven door de overheid voor allerlei subsidies voor maatregelen op het gebied van energiebesparing en duurzame energie, maar deze zijn een ordegrootte lager. In 2002 lag dit bedrag voor de totale rijksoverheid rond de € 1400 miljoen. Het lijkt alsof de Nederlandse overheid veel aan energie verdient. Dat is legitiem gezien de negatieve externe effecten van energiegebruik. Door de vergroening van ons belastingstelsel is dit versterkt. Dit houdt in dat de loon- en inkomstenbelasting omlaag is gegaan en daarvoor extra energieheffingen in de plaats zijn gekomen.
Uit de resultaten blijkt een aantal effecten te zien van de recent gestegen olieprijs. Voor consumenten en bedrijven is duidelijk een stijging in de energiekosten te zien. De macro-economische effecten zijn divers en laten geen duidelijk negatief beeld zien.
Terug naar overzicht.